Tijdens het herdenkingsjaar Van Gogh 2015 presenteert het Van Gogh Museum de tentoonstelling Munch : Van Gogh. Nooit eerder hingen zoveel werken van Vincent van Gogh en Edvard Munch naast elkaar: van een Nederlander en een Noor die elkaar nooit hebben ontmoet, veel raakvlakken vertonen en tot op de dag van vandaag populair zijn bij een miljoenenpubliek. De tentoonstellingsvleugel biedt ruim 100 kunstwerken uit het Van Gogh Museum en het Munchmuseum in Oslo, andere musea en privécollecties (die nooit te zien zijn), waaronder zelden uitgeleende iconische topstukken – zoals Munchs De schreeuw en Van Goghs Sterrennacht over de Rhône.
Geïnspireerd door de expositie organiseren tien Amsterdamse culturele instellingen (waaronder EYE, Toneelgroep Amsterdam, Koninklijk Concertgebouw Orkest en De Balie) dit najaar een Cultuurprogramma verspreid door de hoofdstad. Woensdag komen prinses Beatrix en de Noorse koningin Sonja naar de officiële opening, vrijdag 25 september is de kick off voor het publiek, met de hele dag film, muziek, performances en debat in het hele gebouw.
Munch (1893-1944) en Van Gogh (1853-1890) worden sinds de baanbrekende Sonderbund-expositie in 1912 in Keulen in één zucht samen genoemd als de vaders van de moderne kunst. Hoewel ze elkaar nooit ontmoet hebben, zijn er veel parallellen. Ze begonnen allebei te schilderen in de traditionele stijl van hun tijd, hun werk werd neergesabeld en bijna tezelfdertijd vertrokken ze naar Parijs, waar een nieuwe wereld voor ze openging en de basis voor hun latere expressionisme werd gelegd. Voor Van Gogh was het grote-stadsleven al gauw teveel: hij vertrok naar het rustiger Zuid-Frankrijk, Munch kon er geen genoeg van krijgen en ging naar Berlijn.
Van Gogh stierf arm en op jonge leeftijd, Munch leerde zijn werk na diens dood kennen en had tijdens zijn leven – met name in Duitsland – veel succes. Beiden hielden zich bezig met grote emoties: liefde, angst, spiritualiteit en dood. De expositie zet beide schilders vanuit verschillende ooghoeken naast elkaar, met hier en daar een tijdgenoot erbij, zoals Het Gele Huis en De Rode Wingerd en ieders Sterrennacht. Een aantal werken van Munch waren hier nog nooit een te zien, zoals Inger in zwart en violet, Madonna en De Schreeuw. Ook een aantal Van Gogh’s hangen hier voor het eerst, zoals Wandelend paartje tussen rijen populieren en De brug van Trinquetaille. Niet alleen kenners, maar ‘iedereen kan ervan genieten: de oeuvres van Munch en Van Gogh spreken iedereen direct aan’, belooft de catalogus. ‘De tentoonstelling wordt ongetwijfeld een feest voor de bezoekers’.
En een feest is het. Sinds het nieuwe entreegebouw open is, kan het publiek meteen bij binnenkomst kiezen voor de vaste collectie in het oude gebouw en tentoonstellingen in de nieuwe vleugel. Ik kom altijd graag naar tentoonstellingen in de vleugel, op vrijdagavond, wanneer het museum tot tien uur open is, het niet zo druk is en er een museumnacht-achtig sfeertje hangt. Ik ben er al meermalen ‘als het ware gelukkig van vandaan gekomen’ en Munch : Van Gogh ga ik zeker nog een paar keer bekijken. Een aanrader!
Lees ook:‘Vincent van Gogh – A New Way of Seeing’ bij Pathé
Lees ook:Portret van Felix Auerbach door Edward Munch nieuwste aanwinst Van Gogh Museum
Lees ook:Dreams of Nature in Van Gogh Museum Amsterdam
Lees ook:Van Gogh en de Kleuren van de Nacht
Lees ook:Edvard Munch in Kunsthal Rotterdam