Veel weidevogels komen voor hun voortplanting naar Nederland, omdat hier zoveel weilanden zijn. Ze maken elkaar het liefst het hof in grote graslandgebieden, bouwen er hun nesten en broeden daar hun eieren uit. Het aantal weidevogels neemt de laatste jaren af, maar er is goed nieuws voor de vogelaars en vogelliefhebbers: In de provincie Zeeland sloegen instanties de handen ineen om het aantal weidevogels op te krikken. Stichting Het Zeeuwse Landschap schreef het ‘Opkrikplan voor weidevogels in Zeeland’. De Provincie Zeeland, Natuurmonumenten, Staatsbosbeheer, Stichting Landschapsbeheer Zeeland en de Zuidelijke Land & Tuinbouw Organisatie (ZLTO) werkten mee. Het ‘Opkrikplan’ kreeg van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit voor 2008 een eenmalige bijdrage van € 200.000,=.
Het ‘Opkrikplan’ bestrijkt vier top weidevogelgebieden: Yerseke en Kapelse Moer, Hengstdijkse Putting, St. Laurense Weihoek en het ganzengebied De Poel. In deze gebieden wordt gewerkt aan de waterhuishouding, openheid van het terrein en afspraken met agrariërs om hun weidevelden op een later tijdstip te maaien. Als dat lukt, is de hoop dat het aantal weidevogels in deze gebieden toeneemt met 20%. Zeeland staat niet speciaal te boek als weidevogelprovincie: in omvang klopt dit, maar juist de ‘oudlandgebieden’ herbergen grote aantallen weidevogels: vooral grutto’s, maar ander weidevogels ‘liften mee’, zoals de tureluur, de slobeend, de zomertaling, de gele kwikstaart en de graspieper. Zie ook ‘vogeltjes tellen‘ en ‘Weidevogels Friesland‘.
Lees ook:Ook weidevogels in Friesland krijgen steun
Lees ook:Nederlandse natuur klimt voorzichtig uit het dal
Lees ook:Eerste kievitsei gevonden
Lees ook:Dansweek Zeeland
Lees ook:WoningExpo Zeeland 2009 en TuinIdee Goes