Vrijdag 15 oktober opende de Week van de Geschiedenis 2010, dit jaar tot en met zondag 24 oktober. Deze week organiseren 581 culturele instellingen 808 activiteiten die met het thema ‘Land en Water’ te maken hebben (programma: zie website). De week werd vrijdag geopend bij de stormvloedkering Neeltje Jans: met als thema dit jaar ‘Land en Water’ is Zeeland dé provincie die tegen het water moest vechten. Wie aan Nederland denkt, denkt aan water, maar naast strijd ertegen is er meer.
Er zijn er meer zaken die met water te maken hebben, zoals: scheepvaart, visserij, Oost-Indiëvaarders, handel, havens, rivieren, zeeën, meren, windmolens, polders en dijken. Nederland is een ingericht en verkaveld land, dat voor een belangrijk deel beneden de zeespiegel ligt. ‘God schiep de wereld, maar de Nederlanders maakten Nederland’. De eerste vorm van democratisch bestuur in ons land werd georganiseerd rondom waterbeheersing: rond 1200 ontstonden de waterschappen. Arm of rijk, alle rangen en standen hadden te maken met natte voeten, als ze niet ten strijde trokken tegen het wassende water, dus was het maar beter om dat gezamenlijk te doen. De in de jaren ’90 in binnen -en buitenland welbekende term ’polderen’ heeft hiermee te maken. Overigens was water niet alleen onze grootste vijand: het kon ons ook beschermen tegen vijanden. Door dijken door te steken, liepen polders onder water: dat hield de binnendringende vijand tegen, of joeg omsingelende legers op de vlucht (zoals bij het ontzet van Alkmaar en Leiden).
Lees ook:Oktober: Maand van de Geschiedenis
Lees ook:Rivieren: grootste dijkoefening sinds hoogwater van 1995
Lees ook:Hedwigepolder onder water zetten ‘onvermijdelijk’
Lees ook:Weinig problemen door droogte en lage rivierstand
Lees ook:Waddenzee nu officieel Werelderfgoed