Januari begint altijd met een natuurverschijnsel: ‘vallende sterren’: de Boötiden, met dit jaar het hoogtepunt op dinsdag 3 januari rond 18.15 uur. De radiant ligt in het sterrenbeeld Ossenhoeder (Boötes). De meteoren zijn relatief zwak, blauwachtig en hebben lange sporen. Onder gunstige omstandigheden zijn er tot 130 vallende sterren per uur te zien, maar ideaal zijn de omstandigheden niet, omdat de radiant zich op het hoogtepunt pal aan de noordwestelijke horizon bevindt.
Zie ook: Superzon op 4 januari
Over het algemeen zijn meteorenzwermen niet alleen op de dag van het maximum te zien, maar bij de Boötiden wel: en dag voor en na de piek zijn er nog amper vallende sterren te zien. De oorsprong van de Boötiden zou een planetoïde kunnen zijn, die op zijn beurt weer een uitgedoofde komeet zou zijn, bijvoorbeeld een komeet die in 1490 door Chinezen, Koreanen en Japanners werd waargenomen. Meteoren worden in de volksmond vallende sterren genoemd, maar zijn in feite ruimtepuin, niet groter dan kiezelstenen, dat in de atmosfeer van de aarde terechtkomt. Door de hoge snelheid worden ze verhit en gaan gloeien, wat vanaf de aarde te zien is als een kortdurende lichtflits. In de volksmond ‘mag je een wens doen’ als je een ‘vallende ster’ ziet: een lichtpuntje in de sombere dagen ná kerst en oud & nieuw.
Lees ook:Begin januari: meteorenzwerm Boötiden aan de hemel te zien
Lees ook:Vrijdagnacht veel vallende sterren te zien
Lees ook:Vallende sterren rond donderdag 22 oktober: Meteorenzerm Orioniden
Lees ook:Vallende sterren in augustus: de Perseïden zijn er weer
Lees ook:Vallende sterren: Leonidenzwerm raast langs de aarde