Zaterdag 16 en zondag 17 januari organiseert de Vogelbescherming voor de 14e keer de Nationale Tuinvogeltelling (2017: klik hier). Vorig jaar telden meer dan 50.000 deelnemers ruim 850.000 vogels in hun tuinen. Bijna iedereen telde op zondag en er werden in totaal 91 soorten gespot. Het is het grootste ‘citizen science’ evenement van Nederland: iedereen kan eraan meedoen en zo meehelpen gegevens te verzamelen voor vogelonderzoek.
Vogels gelden als een graadmeter voor de kwaliteit van de leefomgeving. Gaat het goed met de vogels in een stad, dan gaat het goed met het groen in de omgeving. Iedereen kan zich kosteloos aanmelden en een half uur lang alle vogels in hun tuin of op hun balkon tellen. Alle tellingen samen leiden tot de nieuwe Tuinvogel Top-10. Op ieder moment van de dag, een half uur lang, vanaf een plek waar de vogeltjes goed te zien zijn. De resultaten worden ingevuld op de website van de Vogelbescherming.
Daar staat beschreven hoe precies geteld moet worden. Alle tellingen samen leiden tot de nieuwe Tuinvogel Top-10 die zondagavond wordt bekendgemaakt. De huismus eindigde tot nu toe altijd op nummer 1, vorig jaar gevolgd door de koolmees en de merel (die vorig jaar beiden hun positie behielden).
Lees ook:Massaal tuinvogeltjes tellen
Lees ook:Nationale Tuinvogeltelling 2012
Lees ook:Tuinvogeltelling 2017 – zaterdag 28 en zondag 29 januari
Lees ook:Nationale Tuinvogeltelling 2015
Lees ook:Nationale Tuinvogeltelling 2011