Zaterdag ging in de Hermitage Amsterdam de tentoonstelling ‘Hollandse Meesters uit de Hermitage’ open. Voor het eerst na 350 jaar kwamen maar liefst 63 werken van 50 Hollandse schilders terug naar Amsterdam. Tot en met 27 mei 2018 is de Keizersvleugel van de Amsterdamse Hermitage gevuld met de belangrijkste verzameling Hollandse schilderkunst buiten ons land: die van Sint Petersburg.
Het waren de ‘oogappels’ van de tsaren, die massaal Hollandse meesters hadden ingekocht. Museumdirecteur Catelijne Broers grapte over ‘het hele stratenboek va Amsterdam’. Wat Hollandse meesters betreft zit ze er niet ver naast: zes werken van Rembrandt en schilderijen van onder meer Gerard Dou, Ferdinand Bol, Govert Flinck, Jan Steen Frans Hals en Paulus Potter. Tot voor kort mocht de Hermitage deze werken niet naar Nederland halen: die hingen er al genoeg in andere musea en dat zou teveel concurrentie betekenen. Maar er is veel veranderd: samenwerking is belangrijk geworden en het Rijksmuseum, Amsterdam Museum en het Haagse Mauritshuis lenden zelfs werken uit aan de Hermitage.
Lees ook:Vrijdag 27 november opent prinses Beatrix tentoonstelling ‘Spaanse meesters uit de Hermitage’
Lees ook:Gestolen meesterwerken Leerdam terecht
Lees ook:Mauritshuis: schilderijen uit collectie Britse koningshuis maand langer te zien
Lees ook:Matisse tot Malevich in Hermitage Amsterdam
Lees ook:Museum Prinsenhof Delft: half miljoen voor Pieter de Hooch tentoonstelling