Woensdag 13 januari is het precies honderd jaar geleden dat Noord-Holland werd getroffen door een noordwesterstorm over de Zuiderzee. Middenin de nacht van 13 op 14 januari brak het water door de zwakke dijken en zette het eiland Marken en een groot deel van Noord-Holland onder water. Tientallen mensen verdronken, huizen werden verwoest en veel vee kwam om.
De watersnoodramp ging de geschiedenis in als de Zuiderzeevloed. Het was niet de eerste keer dat dijken langs de Zuiderzee doorbraken, maar de ramp was de uiteindelijke aanzet om de Zuiderzee af te sluiten, een plan dat al sinds 1891 op de plank lag. De Afsluitdijk kwam in 1932 gereed en maakte van de Zuiderzee een binnenmeer: het IJsselmeer. In de decennia daarna werden de Zuiderzeewerken aangelegd. In 1953 werd het zuiden van Nederland getroffen door een nog veel zwaardere watersnoodramp, de aanzet tot de deltawerken.
Langs het Markermeer vinden de komende tijd uiteenlopende activiteiten plaats onder de noemer ‘100 jaar droge voeten‘. Om half zes werden op de Markermeerdijk tussen Schardam en Uitdam tientallen waterwolven in brand gestoken. Schoolkinderen in de regio maakten de waterwolven, die symbool staan voor het water dat het land deed onderlopen. De NOS verzorgt woensdagavond vanaf 21.10 uur op NPO 2 ‘100 jaar droge voeten‘, het begin van de waterwerken.
Lees ook:Watersnoodramp van 1953
Lees ook:Herdenking watersnoodramp
Lees ook:Herdenking Watersnoodramp 1953 in Zeeland
Lees ook:Watersnood van 1953 – zestig jaar geleden
Lees ook:Afsluitdijk 80 jaar open voor verkeer